Wanneer je een Labradoodle voorbij ziet lopen, blijf je altijd even kijken. De mooie vacht en het lieve kopje trekken meteen de aandacht. Met name de vacht is een echte eye-catcher. Een Labradoodle kent twee verschillende soorten vachten; de wolvacht en de fleecevacht. De haren op deze vacht zijn voornamelijk golvend, stijl of hebben een spiraalvorm, waardoor iedere Labradoodle de show steelt!
Veel mensen vragen zich af, hoe het nu eigenlijk zit met het verharen van een Labradoodle. Een hond die weinig of niet verhaart, is namelijk erg geschikt voor mensen met allergieën. Bovendien scheelt het een hoop schoonmaakwerk, zonder al die losliggende haren in huis. In dit artikel geven wij antwoord op de vraag; ‘Verharen Labradoodles?!’ Verder lees je in dit artikel meer over het volgende:
Er bestaat al enige tijd een discussie over het verharen van een Labradoodle. De één zegt van wel maar de ander beweert juist het tegenovergestelde. Een pure Australian Labradoodle met een zuivere bloedlijn (uit een goede fok), zal weinig tot niet verharen. Dit is natuurlijk wel een hele korte versie van het verhaal. In werkelijkheid is het verharen van Labradoodles iets ingewikkelder.
Alles wat een vacht heeft verhaart, dit geldt zelfs voor Labradoodles. Elke hond verhaard, want elke haar heeft een haargroeicyclus. Ook bij Labradoodles geldt dat het haar een keer uitvalt. Hiervoor in de plaats komt dan nieuw haar. Bij Labradoodles gebeurt dit het hele jaar door, waardoor je het amper in de gaten hebt.
Wel is het zo dat een Labradoodle over het algemeen minder verhaart. Niet alle Labradoodles zijn anti-allergeen en er zijn ook een aantal uitzonderingen, waarbij een Labradoodle toch kan verharen. Omdat zowel vacht als verharing meespeelt in de keuze voor een hond, leggen we graag eerst uit hoe het precies zit met de vacht en het verharen van een Labradoodle.
Zoals je hebt gezien, kan een Labradoodle een fleecevacht of een wolvacht hebben. De haren op een fleecevacht voelen aan als zijde en zijn meestal golvend. De wolvacht is juist wat dikker en bestaat voornamelijk uit krullen.
Opmerkelijk aan de verschillende soorten vacht; Ze hebben exact dezelfde eigenschappen. De vacht van een Labradoodle geeft geen geur af en verhaart haast niet. Dat maakt de vacht van een Labradoodle echt uniek. Bovendien heeft een Labradoodle geen ondervacht, in tegenstelling tot de meeste hondenrassen.
De ondervacht van een hond bepaalt ook hoeveel een hond zal verharen. Een goed voorbeeld is de Duitse herder, deze verhaart aanzienlijk meer dan een Labradoodle. Dit komt omdat de Duitse herder eigenlijk een dubbele vacht heeft. Een dubbele vacht zorgt vanzelfsprekend ook voor meer haren.
Het klopt ergens wel wat je misschien hebt gehoord, er zijn Labradoodles die nauwelijks verharen of helemaal niet! Goed nieuws voor mensen die overgevoelig zijn voor haren, maar wacht nog heel eventjes met slingers ophangen… In de norm verharen Labradoodles niet veel. Toch komt verharing bij Labradoodles wel degelijk voor.
De enige uitzondering op verharing zijn pure Australian Labradoodles met een zuivere bloedlijn. Deze dieren zijn gefokt in een speciaal fok- en onderzoekscentrum in Australië, vandaar de naam. Het dier bestaat uit selectief gekozen infusies, waardoor het amper verhaart of zelfs helemaal niet.
Op onze website lees je meer over de Australian Labradoodle. Heb je een Labradoodle die elders is gefokt? Het kan dan zijn dat je Labradoodle uiteindelijk toch wat haren laat vallen. Het gaat dan om een F1 of F2 Labradoodle. Deze honden verharen nog steeds aanzienlijk minder dan andere rassen, maar verharing komt nog wél voor.
Helaas loop je dus het risico dat een Labradoodle verhaart als het dier niet uit een zuivere bloedlijn komt. Toch is dit niet de enige uitzondering. Belangrijk is om te weten dat er een verschil is tussen het ruien (dus het verharen) en het verliezen van haren.
Ruien of verharen is een proces waarbij de Labradoodle binnen en enkele weken zijn hele vacht verliest en vervolgens een volwassen vacht krijgt. Wees dus niet verbaasd als je Labradoodle verhaart!
Terwijl sommige hondenrassen in iedere ruiperiode haren verliezen, gebeurt dit bij een Australian Labradoodle maar één keer. Wanneer deze ruiperiode eindigt, zullen volwassen Labradoodles weinig haren meer verliezen en kun je onbezorgd genieten van een omgeving zonder haren!
Het is bekend dat een Labradoodle weinig verhaart. Maar deze aandoenlijke viervoeters hebben, net zoals de meeste andere hondenrassen, ook te maken met dode haren.
Een Labradoodle, die maar één vacht heeft, zal ook haar verliezen. Dit is het dode haar, dat afhankelijk van het type vacht, korter of langer in de vacht blijft. Deze haren blijven gemakkelijk in de vacht hangen en daarom is het wel zo verstandig om een Labradoodle regelmatig te kammen. Deze haren moeten door middel van borstelen worden verwijderd.
Je kunt dit vergelijken met haarverlies bij mensen. Als je de vacht van je Labradoodle mooi kort houdt, hoef je deze niet zo vaak te borstelen. Andersom geldt het tegenovergestelde, als het langer is, moet je er wat meer tijd aan besteden.
Probeer de vacht van een Labradoodle een aantal keren in de week te borstelen of te kammen. Zo voelt de hond zich prettig en comfortabel en zorg je er direct voor dat het aantal haren minimaal blijft!
Het beste is om de vachten wekelijks een keer te borstelen om klitvorming te voorkomen. Voor sommige vachten is het beter om dit 2 x per week te doen.
Het borstelen gebeurt laagje voor laagje. Zorg ervoor dat je de huid kunt zien door de vacht op te tillen. Borstel het gedeelte onder de opgetilde vacht. Ga elke keer een stukje verder, totdat je de hele hond hebt gedaan. Zo verwijder je de losse, dode haren. Borstel alles goed door, want wanneer je te oppervlakkig borstelt, dan zal er dicht op de huid klitvorming ontstaan door de oude haren die tussen de nieuwe haren blijven hangen.
Tip 1: Blijf je toch last hebben van dode haren in de vacht van jouw Labradoodle? Je kunt de vacht van een Labradoodle gewoon iets korter knippen, of dit laten doen door een professional. Met een korte vacht kun je gemakkelijker borstelen en bestrijd je dode haren effectief!
Tip 2: Ben je niet in staat om wat voor reden dan ook om zelf de vacht van je Labradoodle te verzorgen, breng de hond dan regelmatig naar de trimsalon. De vacht blijft dan lekker gezond en je Labradoodle blijft mooi en verzorgd uitzien.
Tip 3: Gebruik altijd een lange kam met metalen puntjes en een (fijnere) borstel, zo kun je bij de huid komen tijdens het kammen en voorkom je vervelende klitten.
Omdat de Labradoodle over het algemeen bekend staat als een ras wat weinig tot niet verhaart, denken veel mensen dat het dier geschikt is voor mensen met een allergie voor hondenharen. In werkelijkheid ligt het allemaal wat ingewikkelder.
We leggen kort uit hoe het precies zit tussen Labradoodles en de allergische reacties van het baasje. Als iemand allergisch of overgevoelig is voor hondenharen, is hij of zij al snel genoodzaakt te zoeken naar een ander huisdier. Gelukkig is de Labradoodle voor hondenliefhebbers een geweldig alternatief. De Australian Labradoodle met een zuivere bloedlijn, verhaart zeer weinig of helemaal niet, hierdoor is deze labradoodle allergievriendelijk en kunnen mensen met overgevoeligheid voor haren toch genieten van een viervoeter in huis!
Tip: Een Labradoodle zonder goede stamboom, kan nog steeds verharen. Toch verhaart een Labradoodle aanzienlijk minder dan andere hondenrassen. Wil jij het verharen van een Labradoodle zoveel mogelijk inperken? Zoek dan naar een Labradoodle uit een goed fokprogramma of vraag advies aan een deskundige.